Een gezicht achter een wazig gordijn,
voor mij de vraag wie zal dat zijn.
Twee ogen die me aanstaren,
twee ogen die een geheim bewaren.
Een gevoel dat ik door me heen voel stromen,
alsof ze me wil vertellen al haar dromen.
Alsof ze me wil zeggen,
het voor me uit wil leggen.
Dat het boek dat ik heb geschreven,
door mijn leven is heen geweven.
Het heus goed zal gaan,
en zij altijd bij me zal staan.
Als die lieve mama die er altijd zal zijn,
staande achter een wazig gordijn.