Het is een gevoel dat ik onvrijwillig bewaar.
Het zou toch goed zijn om van elkaar af te zijn.
Al weer een kleine anderhalf jaar zijn we uit elkaar.
Maar nog steeds doet het elke keer weer pijn.
Het heeft er mee te maken dat we elkaar ooit beminden.
Maar ik moet mezelf inprenten dat ik niet meer van je hou.
Ik ben op zoek naar bevrijding maar weet het nog niet te vinden
Iets dat mij losmaakt, zelfstandig, helemaal los van jou.
Ik ben slechts een ervaringsdeskundige, absoluut geen psycholoog.
Wat wij voor elkaar voelden was genoeg voor een gelukkig leven.
De kinderen, het gezinsleven, dat hadden wij allebei heel hoog.
Toch werd onze relatie langzaam door een muur van verdriet omgeven.
Het spoor ben ik nu bijster, alles waar mijn hart van hield ben ik kwijt.
En ondertussen word door velen het nodige aangepraat.
Een golf van aanslagen volgde op onze saamhorigheid.
Ik heb dat proberen te stoppen maar uiteindelijk zonder resultaat.
Al langer heb ik het idee dat mijn hart langzaam wordt leeggeroofd.
Zonder hart kan ik niet bestaan, kan ik niet leven.
Ik hoop dat het niet lang duurt en het trieste gevoel uiteindelijk dooft.
Want zonder hart ben ik niet in staat om aan of voor anderen te geven.