Uit de bundel: "Het scheepje der poëzie"
Matrozendicht (3)
Dromen.
Dromend beleven gedachten hun leven.
Een leven van dromen.
Gehaakt aan elkaar in een bed van emoties,
zingen zij melodieën van het refrein van tijd,
verwaterd tot getijden, allang over tijd.
Uit deze zee van gedachten
ontsnappen de snelste, de felste ontstijgen de
dagelijkse orde en pijn, als damp van een
vloeistof, energierijk, geestelijk vernieuwd.
Zij vormen het paranormale patroon van
praten van mens met het kosmisch gebeuren,
zeg, spreken van mens en zijn bovennatuurlijke zoon.
In trance en droom schitteren chemisch-electrische
printen die leiden naar een ander dimensionaal
communiceren. De mens, ingebed in de oude orde,
gaat in gesprek, in gebed, met een kosmische
partner die lang heeft gewacht, geduld heeft gehad.
Als de mens van zichzelf afstand doet, de spiegel
van het tweede realiteitsperspectief inkijkt, het aardse,
doorziet hij het grootse perspectief van het eerste,
met zijn horizontloze verten, het land der dromen.
Trance en droom in onderzoek, de mogelijkheden komen.
Leven droomt dromen.
Dromen wekt leven in zijn anders zijn.
WIL MELKER
26/07/2000