Eindelijk zie ik nu een van mijn kerstbomen staan
Eén buiten, één achteraan en één binnen
Het is een overtollige luxe zonder naam
Maar waren ze niet gratis ze zouden er niet staan
Lachend kijk ik ze aan en toch laat ik nu een traan
Want even moet ik heel dankbaar en diep bezinnen
Voor wat die dame, voor ons als schenker heeft gedaan
Geen woorden kunnen het zeggen tenzij zinnen
Ik zou haar met echt goud en zilver willen beslaan
Maar ze zou er met mijn vriendschap niet bij winnen
Al wilt ze een man ze blijft weer eens temeer eenzaam
Omdat ze ook haar kind nog wil blijven beminnen
Zo een dame is tegenwoordig iets heel zeldzaam
Zodat ik iets onverwachts zou willen beginnen
Omdat zij niet langer alleen zou komen te staan
Daarom liet ik haar met deze kerstnacht ook binnen