Jouw lichaam herineerd mij aan de warmte van de zomer.
Jouw blauwe ogen herineerd mij aan de zee.
Wanneer je niet bij bent is mijn leven als een gevangenis.
Jou toorn herineerd mij aan de bittere smaak van gevangenschap.
Mij verlangen is om jou elke dag te zien en van je lippen te horen dat je van me houdt.
Je bent zo mooi als de zon gaat schijnen.
Je bent het zelfde bloed in mijn aderen.
Je lijkt op een droom van rode rozen.
Ik ben degene die zonder jou zijn leven verliest.
Mij verlangen is om jou elke dag te zien en van je lippen te horen dat je van me houdt.
Je bent de verzoeking van jagen op vlinders.
Je bent zo vurig als het dansen van een vlieger.
Je bent als een verhaal vol geburtenissen.
Je bent als de blijheid van een in slaap gewiegd meisje.
Mij verlangen is om jou elke dag te zien en van je lippen te horen dat je van me houdt.
Je bent zo mooi als de tekeningen die door wolken worden gemaakt.
Begonia’s verliezen hun kleur als ze jou zien.
Als de mannen van verhalen weten dat je hier ben, komen ze je met gevleugelde paarden halen.
Mij verlangen is om jou elke dag te zien en van je lippen te horen dat je van me houdt.