Kleuren vloeien in elkaar over
Rood, zwart en purper
Niet meer de serene rust
Die mijn gevoelens sust
Maar een achtbaan
Die je gedachtes en gevoelens met je op de loop laat gaan
Levend op de hoogste toppen
Levend door de diepste dalen
Want wie ben ik
En waarom zal ik steeds falen
De kilte dringt langzaam door tot je hart
Soms de blijdschap
Maar meestal de smart
Wie ben jij dat je het me kunt beletten
Om niet meer te schrijven
Niet meer mijn gedachtes weg te zetten
Ik heb je mijn hart gegeven
Maar alles wat ik nu nog doe
Is met enig beven
Want het is toch nooit goed
Hoe je ook iets ook doet