Riet, riet.
In een vlet in een vliet
zit een man.
In 't gespannen gezicht
beide ogen gericht:
danst hij wel? danst hij niet?
Riet, riet.
Beet, beet.
De haak wringt zich wreed in
de bek van de vis.
't Diertje rukt, 't diertje wringt:
dobber danst, visser zingt.
Lukt het wèl, lukt het niet?
Beet, beet.
Bloed,bloed.
In de hemel is het goed voor de vis,
die nu sterft, door de visser,
die hem kerft.
Stukjes vis, blank en koud.
Visser sterft ook: jong of oud.
Bloed, bloed.
Auteur: Huub Hoek | ||
Gecontroleerd door: maria | ||
Gepubliceerd op: 16 januari 2006 | ||
Thema's: |