op de binnenplaats is er altijd geluid
pratende stemmen stromen door de geopende ruit
kleren met wasknijpers opgehangen
kinderen met tranen op hun wangen,
kinderen die spelen dat ze iemand anders zijn
niet aleen poppen bestaan uit porselein.
nooit is het er stil
er is altijd wel een woord
dat de stilte stoort
je ziet de honger in hun ogen
je ruikt de stank van vuil die nooit is vervlogen
niemand geeft hen bevelen
niemand die het wat kan schelen
zwart en schaduw heersen er
nergens is het donkerder
armoede heerst ook hier
in elke hoek, in elke kier.