Alle bloemen zijn bloedmooi
elk hebben ze unieke goddelijke namen
hoe jammer dat ik ze niet kan uitspreken,
anders konden we samen praten,
jouw ogen staan zachtmoedig hel,
je ziel voel ik bij elke hartbons,
in alle levenscellen van mijn lichaam,
kleurloos, ongrijpbaar en onzichtbaar,
hierbij vergeleken zijn de koosnamen
die ik je totnogtoe gaf
slechts naamloze klanken
in typische streekdialekten,
en als we samen zijn en bijna één,
worden mijn eindeloze monologen
zinsspelingen en zinnestrelingen
onnozele bagatellen en sms-jes,
je smekend : hou ook van mij !