In mijn leven ken ik duisternis en diepe dalen.
In mijn leven kon ik alleen maar falen.
Geen liefde, geen lust.
Ik was totaal uitgeblust.
Niemand met wie ik echt kon praten.
Niemand had iets in de gaten.
Eindelijk heb ik iemand ontmoet.
Iemand die alles voor me doet.
Ze heeft het licht aangedaan.
Zonder haar had ik waarschijnlijk niet meer bestaan.
Ze heeft mijn leven op zijn kop gezet.
Ze heeft me van mijn duisternis gered.
Ze begrijpt mijn woede en mijn tranen.
Ze helpt me door dit leven een weg te banen.
Nu ga ik voor het eerst fluitend door het leven.
Door haar kan ik overal tegen.
Zij heeft de vlam in mijn ziel weer ontstoken.
Ze heeft geheeld, wat was gebroken.
Ik weet niet hoe ik haar ooit moet bedanken.
Voor het eerst kan ik van puur geluk wel janken.