Ik laat tranen om jou maar ik mag niet
ik weet het niet meer, wat moet ik doen
wie moet ik zijn, wat moet ik voelen, wat niet,
vertel het mij en geef me je troostende schouder
ik heb je nodig...ploep...weer een druppel
een traan die zich vereeuwigt met mijn gedicht
Ik zoek naar 't wonderwoord voor het perfecte leven
maar mijn zoektocht is eindeloos, het leven rijmt
niet altijd even mooi zoals een gedicht dat wel kan maar
de dichter heeft ook z'n dromen en is gevoelsmens
deze zin doet me weer hopen, hopen verdriet al doorstaan
nee, niet weten dat het verdriet of geluk moet zijn
Ik schrijf mezelf in nesten, stond daarnet in harmonie met
hemelse muziek mijn hand te reiken naar jouw wereld
maar ik kermde ineen van hartpijn, ik had je hand vast
maar moest hem toch lossen en viel,
viel diep naar beneden alhoewel er geen beneden was
zweefde tussen tijd en eeuwigheid
dreef steeds verder weg van je wereld
Ik ken je niet, ik zie je niet, voel je warmte niet meer
Ik krijg het kouder en kouder, kijk omhoog naar jouw planeet
met talloze ringen rond die je wijzen op het oneindige
van deze situatie, je wil weg van deze wereld en
springt me achterna en belandt middenin mijn gedicht
als de druppel inkt die uit mijn pen drupt en zich een heel
verhaal laat schrijven, ik schrijf jou verhaal, ons verhaal
waar geen einde aan komt
We zweven allebei tussen enkele regels kladpapier, genietend terwijl we samenvloeien in inkt
de inkt, onze tranen van geluk waarna de dichter zelf
een inktdruppel wegpinkt van ontroering
hij is opgelucht en sluit de ogen
dicht verder in zijn dromen...