Ik sta daar achter de thuisplaat.
Met de gedachte waarom het nu niet goed gaat?
Waarom krijg ik die bal niet meer straak aangeworpen?
Ik maak me teveel zorgen.
Wil mijn team mij naar beneden halen?
Willen ze mij soms zien falen?
Nee dat is het geen van twee.
Want het zijn mijn vrienden en die leven met me mee.
Het is mijn gedachte die haalt mij naar beneden.
En over mijn vrienden ben ik heel tevreden.
Ja daar gooi ik weer.
Nu lukt het me echt niet mee.
Ik probeer het wel weer in een andere wedstrijd.
En hopelijk ben ik die gedachtes dan kwijt.
Maar coach je ziet toch dat het nu niet met me wil lukken.
Je mag me nu echt wel van het veld plukken.
Je ziet toch dat het niet gaat.
Haal me toch van die plaat.
Ik smeek het met alle geweld.
Coach haal me van het veld.