Een ochtend, zo anders dan normaal,
Het land, betoverend en onherkenbaar,
leek wel uit sprookjesachtig verhaal.
En was voor ons, het hemelse gebaar.
Op die donderdag, op de derde dag
van de derde maand, in het derde uur,
zetten wij voet in de sneeuw die er lag,
omwille het plaatsen van een muur.
Die zwarte schim, staande op de grond,
Bedekt met die goddelijke witte brei,
Had die dag een jas van prachtige bont,
En werd gehanteerd als boetseerklei.
Het gevoel van euforie kwam tot uiting.
creativiteit en hilariteit tot gevolg.
En duurde tot na de school z'n sluiting,
Het was de sneeuw die het beest verzwolg.
Onze belonging werd de absolute hoofdprijs
Het was de vrijheid, een extra dag genieten,
En in gedachten maakten wij weer die reis.
Naar dat uur dat wij even de grond verlieten.
*ter nagedachtenis van de auto die op donderdag 3 maart werd ingebouwd*