De aarde, planeet der mysterie.
Bezaaid met bezielde materie,
Veronderstelt het een waas van interpretaties,
En resem’s van reële relaties
Thans is het vervloekt om te vergaan,
Daar het niet eeuwig kan bestaan.
Doch beleven ze gans hun beleving
In waan van waardige tijdsbesteding.
Wijlend op de vervliegende tijd,
Totdat men slechts aan’t eind is bevrijdt,
Bij het rijzen van het resolute einde,
Wanneer men niet langer is als zijnde.
Tijdens deze niet-tijdige laatste kans,
Wordt hen macaber klaar- de levenscadans.
Eindeloos verwoed voor het onverwoedbare einde
Dient men het zijnde in te ruilen voor het niet-zijnde.