ze ging de wijde wereld in en belandde in Amersfoort
waar op het station een knappe jongen stond te wachten
hij sprak haar vriendelijk aan en toonde veel begrip
vroeg of hij haar zware rugzak voor haar mocht dragen
ze viel hals over kop in love, wilde wel bij hem blijven
de wijde wereld was haar worst ze was klaar met haar reizen
lang en gelukkig wilde zij het leven met hem delen
hij had veel vrienden en wat neven die het geluk ook wilden beleven
Met zoveel liefde in haar leven werd zij wat bleek en mager
zijn gouden kettingen en zijn piercings groeiden ondertussen
terwijl zij in de tussenpauzes huilde in haar kussen
ging hij weer eens naar het station, het was zijn manier van klussen