Wachten op God
Wachten op God
In stilte kijk ik in het oneindige niets,
mijn ziel dwaalt langs lege oevers.
Mijn hart wacht smachtend om te zwijgen.
wanneer U buiten U hemels poorten kijkt,
En mij negeert, zelfs dan blijf ik wachten,
Zelfs dan blijf ik staren in het oneindige niets,
Wachtend op Uw, terwijl mijn hart blijft zwijgen,
En mijn ziel blijft dwalen langs de oever.
In eenzaamheid, dwaal ik zoekend naar U.
In stilte kijk ik in het oneindige niets,
mijn ziel dwaalt langs lege oevers.
Mijn hart wacht smachtend om te zwijgen.
wanneer U buiten U hemels poorten kijkt,
En mij negeert, zelfs dan blijf ik wachten,
Zelfs dan blijf ik staren in het oneindige niets,
Wachtend op Uw, terwijl mijn hart blijft zwijgen,
En mijn ziel blijft dwalen langs de oever.
In eenzaamheid, dwaal ik zoekend naar U.
Reacties op dit gedicht
| Hans Winter: | Maandag, maart 13, 2006 22:09 |
| wellicht wacht hij eveneens met zijn woord tot jij je zwijgen doorbreekt hans |
|
Over dit gedicht
| Auteur: facere carmen | 
|
|
| Gecontroleerd door: Innerchild | ||
| Gepubliceerd op: 13 maart 2006 | ||
| Thema's: | ||