De buien vol rollende donder
blikken met schitterende tanden
trekken aan mijn veiligheid
en hoop zeilt met een vaart
in de prullebak
in mijn bed,schuil,pruil en huil ik
de buien leeg
in de blauwe rust van de stilte komt
piepend en wringend de zon door
de gordijnen heen schuren
de troost van het Woord daalt
neer als een warme deken van
genade.de lucht is opgeklaard.