De wilde passie en de gratie.
Zoals oranje, na rood met geel.
De liefde en de eenheid,
gelijk een borstel en de steel.
Het verdriet en de tranen.
De droge weg na de wind
De wrangheid ondervinden,
van de wreedheid op een kind.
De waan van gelukkig zijn.
De gelukkige waanzin.
De spiraal voor de ogen,
zonder einde of begin.
Begrippen kunnen begrijpen.
Het verstand kunnen verstaan.
De eenzaamheid verdrijven,
En het ego willen verslaan.
Het zwaard nog één keer heffen,
om te beletten dat de Orbi,
Die wij diep beminnen,
verglijdt in een ziekelijke orgie.