Heet van woede,
maar zo kil,
zou koud,
gevuld met onwil,
angsten,
voor een klein gebaar,
denk eens na,
is dat raar?
Zoveel pijn,
bittere tranen,
stromen,
proberen zich een weg te banen
belanden in een zee
waarin je dreigt te verdrinken
hoe hard je ook probeert
je blijft zinken...
In de duisternis
en dieper
Vechten
lijkt zo nutteloos,
waarvoor?
Je lijkt gevoelloos,
verdoofd,
bevroren...
Jij,
ijskoningin
Ooit kom je dit te boven,
neem mijn hand,
blijf geloven
in de toekomst
De kou verdwijnt
de ijsklomp
in je hart
smelt
De zon schijnt
jij ontwaakt
als jezelf,
je oude
vertrouwde 'ik'
Dag ijskoningin, vaarwel