Ja hoor, alweer.
Geruzie door mij.
Wij hebben ruzie.
En in mijn hart ben ik niet vrij.
Ik doe mijn best.
Ik doe wat jij wil.
Ik doe veel taken.
Ik doe nu zo veel.
Dus heb ik nu pijn.
Pijn van verdriet.
Want blij zijn.
Kan ik nu niet.
Ik kijk nu naar een foto.
Een foto van ons twee.
Dat was toen een leuke leeftijd.
Ik ging altijd met je mee.
Maar nu is dat niet meer.
Al een tijd niet meer.
Want we hebben altijd ruzie.
Altijd, keer op keer.
Ik wil dit helemaal niet.
Ik wil geen ruzie met jou.
Ik zeg wel dat ik je haat.
Maar het is dat ik van je hou.
Want je blijft altijd.
Altijd bij mij.
Je blijft in me hart.
Ook al maak je me niet blij.
Want je blijft familie.
Je blijft in mijn hart.
En als we geen ruzie hebben.
Gaan we dansen in de nacht.
Maar dat kan lang duren.
Want jij bent zo boos.
En alleen door mij.
Jouw stomme doos.
Loownaa*