Heelmeester
Tijd die doorgaans wonden heelt
snijdt nu mijn lijf aan gort
denk ik aan haar ronde billen
het gemis dat alsmaar stiller wordt
De wijzers slaan mijn lichaam blauw
bij elke tel en ieder uur
kon ik nog maar even naast haar liggen
in de diepte van de avond duur
De klepel slaat een nieuwe slag
mijn rug zo naakt als zondebok
oude littekens verraden rap
de onverbiddelijk tikkende klok
12 uur, de koekoek klapt haar vleugel stuk
tot mijn huid uit eenzaamhuid bebloed
de tellen niet meer dragen kan
het zwijgen nu - doorbroken moet
Dus ik schreeuw tot u, o luisteraar
de tijd is vriend - noch van helend aard
vraag u daarom ernstig af
zijn de slagen de wonden u wel waard?
F.