Ik zat weer eens in de duinen,
op m’n favoriete plekje.
Te kijken naar het zonnetje,
de merel op het hekje.
Opeens hoorde ik gestommel,
in de vuilnisbak die naast me stond.
Zou het een fladderend vogeltje zijn,
of ben ik dan heel erg blond?
Dan maar voorzichtig open doen,
me voorbereiden op een schrikmoment.
Ik schrok niet, ik werd verrast,
zoiets was ik niet gewend!
Een muisje, keek me sipjes aan,
en vroeg met z’n lieve snuit.
Iets wat ik goed begrijpen kon:
“Doe je alsjeblieft het licht weer uit?”