Ooit was er eens een heel groot ei
met een grote zwarte vlek
nou mooi, zei een vogeltje blij
dat ik dit zeldzaam ei ontdek
het kuiken kwam wat dichterbij
en nam het eitje bij zijn bek
tjonge, wat een hels karwei!
ik krijg dit ding nooit van deze plek!
Maar toen kwam er een eendje aan
het eendje heette kwak
en net toen die het kuiken helpen wou
deed het eitje: KRAK!
oooh, zeiden ze allebei
en schrokken zich een hoedje
want in dat mooie, grote ei
zat een piepklein,sneeuwwit koetje!
het kuiken en het eendje kwak
keken verwonderd toe
toen kregen ze een dikke smak
van die o zo vrolijke koe!
hé, merkte het kuiken plotseling
waar zijn je zwarte vlekken nou?
Toen toverde de koe, TINGELING
een grote, zwarte vlek uit zijn mouw!
Hoi, zei ze aangenaam
ik heet koetje boe
Wat is jullie naam?
voegde ze eraan toe
Ik ben kwik
zei het kuiken met een knik
en mijn naam is Kwak
zei het eendje op zijn gemak
Ze werden vriendjes voor altijd
en speelden heel vaak samen
ze wilden elkaar nooit meer kwijt
omdat ze zo goed overeenkwamen
dit gedicht schrijf ik speciaal voor mijn beste vriendin Sarah, die Koetje boe heeft uitgevonden en constant stripverhaaltjes van die malle koe maakt. NOg veel tekensucces, Sarah!