ik zie de pijn in haar ogen,
haar leven stort in.
ze vraag zichzelf af,
wat heeft het allemaal nog voor zin.
het wordt haar allemaal teveel,
ze kan het niet meer verwerken.
de pijn zit van binnen,
aan de buitenwereld laat ze hte niet merken.
de pijn wordt te groot,
ze kan het niet meer aan,
ze is er alleen voor komen te staan.
wanneer ze het moeilijk heeft,
wil ik er voor haar zijn.
als ze het niet meer aankan,
en ze voelt zich klein.
maar hoe komt het toch,
dat ik haar niet bereik.
en dan pas besef ik het,
het is een spiegel waar ik in kijk.