Luisterend naar de regen, geniet in van stilte, die de zon weer doet schijnen
De zon gaat neer, de stilte zal vallen, als de regen die me zachtjes roept
kleuren van regenbogen die voor de ogen van een tegenligger gaan schijnen
zwart-witte ogen die een moment gaan verkleuren in kleuren, waar ik niet door kon zien...Liefde is blind, zeker als je de liefde niet ziet, of niet mag zien, niet mag horen, en zeker niet mag voelen...Ik was arm geboren...Een huisje met 4 kamers, die van gaten van tweedewereldoorlogskogels waren voorzien...
Eén moeder, een zus, geen vader die me kent, geen halfbroer die Bart heet, geen halfzus dat Marieke heet...
Wat waren we arm...Wat waren we gelukkig...wat waren we rijk...voor onze zwart-witte tv...het maisveld waar we vrij in konden lopen
het verstoppen van tijd tot tijd...tot het huisje onbewoonbaar werd verklaard...
Toen veranderde alles...
ik was 12...
zat vol vragen, en kreeg geen antwoorden
ik probeerde de vragen op te lossen & sprak tegen muren
die me telkens weer wisten te breken
mijn kamer was mijn thuis
tranen waren mijn antwoorden
op de vraag waarom het zo moest zijn
volwassenen die ik als vijanden zag
zij die je ziel willen veranderen
en je niet laten zijn wie je bent
de vogel die vleugels had
waar andere mensen van droomden
leefde ik in mijn eigen wereld
paste ik me aan in elke situatie die mijn pad begaf
als een chameleon die andere mensen kleuren deed geven
ik werd 16...
ik kende geen grenzen
ik vloog met gebroken vleugels
in een wereld die ik niet als de mijne zag
ik werd 21...
mijn moeder leerde me te snappen
ze begon me te begrijpen
ze tippelde op haar tenen
zoekend, naar hoe ze me kon bereiken
ze is een strijder
ik was een lijder
geen volger
ik werd 29...
Ik kan een vrouw alles geven, doch een vrouw, die met mij alles wil delen
is de ware die ik nooit tegenkwam, haar waar ik mijn liefde grenzenloos aan mocht delen...de onkruidtuin die ik met mijn eigen werktuigen heb gespit is blijven groeien...een verwilderde tuin...mijn werktuigen zijn ondertussen bot...
geschaafd door mijn eigen eenzaamheid...wil ik me nooit meer blootlijfs bewijzen...het is de tijd...de klok tikt rond...de seconden leken minuten, de minuten leken uren, de uren leken dagen, de dagen leken maanden, de maanden leken jaren...Ik gooide die verdomde klok op de grond...Ik wil niet meer leven op tijd...Ik wil mijn eigen secondenwijzer zijn...Je hebt alles, alles wat je nodig hebt, behalve wat je doet bovenstaan in dit alles, de liefde, die je vervult...als een gedreven pater verkondig ik het geloof...en toch...weet deze oude man...het zeilen van het schip...
Liefde komt nooit te laat...
kleddernat zit ik buiten op het houten bankje deze brief te schrijven,
aan een meisje dat heel haar leven ook op mij zat te wachten...Ik wacht...maar ik ga vooralsnog nergens heen...alleen naar het houten bankje dat buiten staat...
Je hebt me gevonden!
de zon komt weer op...de zon en de regen, voor altijd de mijne...
de maan lacht als die vallende sterren naar de aarde gaan liften...
(met dank aan Lucien Zell)