Bang was ik voor hoe het zou kunnen zijn.
Waarschijnlijk was ik ook bang voor pijn.
Pijn die ik keer op keer mocht ontvangen.
Bang om weer in tranen te eindigen door nogmaals een onbereikbaar verlangen.
Wantrouw door wat mijn verleden mij wist te geven.
Wantrouw voor zoveel in het leven.
Mijn kijk op het leven was zo zwart.
Maar jij zocht naar mij in mijn duisternis,
en vond de sleutel naar mijn hart.
Mijn angst wist je te ontnemen.
Pijn is nu verdwenen.
Tranen van verdriet veranderde jij in geluk.
Mijn muur van wantrouw maakte jij stuk.
Je weet niet hoe gelukkig jij mij maakt.
Op een zeer speciaale mannier heb je me geraakt.
Jij wist me terug geven wat ik lang niet meer had gekent.
Ik ben zo blij dat jij bij mij bent.
Schat ik wil je echt nooit meer kwijt.
Ik ben je zo dankbaar voor al je geduld en tijd.