Jij of ik?
Ik of jij?
Of wij allebei?
Wie is het sterkste van ons beiden?
Jij of ik?
Ik of jij?
Of wij allebei?
Wie van ons kan het meeste aan?
Jij of ik?
Ik of jij?
Of wij allebei?
Wie is de beste van ons twee?
Jij of ik?
Ik of jij?
Of wij allebei?
Wie is de liefste van ons?
Jij of ik?
Ik of jij?
Of wij allebei?
Wij leven samen.
Wij horen bij elkaar.
Bij mij is het andwoord.
Niet jij of ik.
Niet ik of jij.
Maar wij allebei.
Wat is het bij jou?