Onrustig was het in haar hart,
om iets, wat nog maar pas,
al leek het een eeuwigheid
gebeurt, nog niet vergeven was.
Zij kon nergens een houvast vinden,
het was zo eenzaam, stil en koud,
zoveel ogen, namen, zoveel ikken,
een gemis, zij wist wat dit beduiden wou.
Een herdenking van lang geleden,
werd bezegeld met een feest,
het echtpaar ging zij feliciteren,
een kracht, dat haar daartoe dreef.
Voor haar de allermooiste bloemen,
voor hem drie zoenen, symbolisch een Hof van Eden,
de woorden “dat jullie de liefde mogen proeven,
en nog lang, gelukkig samen leven”.
Zo verdween een gelukkig mens
met vrede in het hart.
Zij voelde het geluk van die mensen,
haar boodschap was volbracht