Hoe fijn is het nu genieten,
hoe een haarlok over je ogen waait.
Hoe je je blouse strakker trekt,
hoe je kijkt als ik werken ga
en weemoedig naar me zwaait.
Hoe fijn is het nu te weten,
dat je nu al op mijn terugkeer wacht.
Dat je lekker zal gaan koken,
dingen die ik zo graag eet
die bedoeld zijn voor mijn kracht.
Hoe heerlijk is het te horen,
de speciale manier hoe jij me noemt.
Geen ander kan die klanken
zo liefdevol doen klinken,
al ben je als zangeres niet beroemt.
Hoe dankbaar toch is deze man,
die door zoveel dingen heeft gezien
dat jij oprecht van hem houdt.
dat de grootsheid van je hart,
door oersterke eenvoud is misschien.
Hoe onmenselijk klein voelt hij zich.
Als hij jou dingen heeft zien doen,
waar menig alchimist, psycholoog,
dokter, wijsgeer noem maar op,
wensten dat zij de eersten waren toen.
Vier woorden heeft hij nodig,
om te zeggen wat hij eigenlijk wil.
ik, ik, Lust je,
ik lust je zo meteen, je geur, je stem
je houding en je streling, je kleding,
je zorgelijke ogen, je meewaarige blik.
Ik hou van je, ook al blijf je stil