Mijn hart loopt over, met een brok in mijn keel en tranende ogen.
Met mijn mond zo droog als kurk, zit ik voor over gebogen wachtend op jou.
Op de tijd de minuut van verlossing en spijt.
Ik schreeuw het uit alleen niet hard maar fluisterend, terwijl ik dit doe en ik eindelijk moe en afgedroogd in een hoek zit met handen voor mijn gezicht en tranen nog steeds langs mijn wangen vloeien, mis ik jou met heel mijn hart en al mijn ziel.