Nu even niks, alleen maar stilte,
ik voel me zo alleen , zo staan in de kilte.
Je maakt me verwart,
we hebben samen niet eens de kans van de start.
Verloren, doodlopend, zonder spoor,
ondanks mijn gevoel geen gehoor.
M’n hoofd zit vol verschillende gedachten,
dat ik ondanks jouw stille afwijzing op je blijf wachten.
Is er een pijnstiller die deze pijn kan verzachten?
Ik zou wel willen huilen,
maar blijf me groot houden, achter m’n trots verschuilen.
Ik zou je antwoord willen horen,
maar ik ben zo bang dat dat juist de woorden zijn die m’n hartje zullen doorboren.
Zo ver weg en toch dichtbij,
waarom ben je niet bij mij?
De twijfel zoekt me nu je zo ver weg bent,
ik vraag me af of ik je eigenlijk wel ken…
Ben je gelukkig met wat je hebt,
of zijn jouw lieve woorden alweer weggeëbt?
Ik zou wel willen rennen,
maar mijn hart lijkt alleen de weg van jouw voetstappen te herkennen…
Ik moet m’n eigen weg gaan vinden en jou vergeten,
want ondanks wat m’n hartje me zegt, lijkt m’n hoofd wel beter te weten…