Wegkroppen,
wegstoppen.
Diepe dalen,
nooit meer naar boven halen.
Verstoppend in het duister,
gedachtes.
Enge of trieste,
fluisterend zachtjes.
De soms zo moeilijke tijden,
het komt niet meer boven.
Dat is de keuze door jou gemaakt,
je wordt van alles beroven.
Ze vliegen door het heelal,
je dromen vluchten.
Het komt nooit meer terug,
niemand heeft meer iets van je te duchten.
Gevangen in een moment,
Voor je leven gerent.
Gevangen in je eigen slot,
Met iedereen mot.
Het leven lukt niet meer,
Ademen doet pijn.
Zo leeg en verduisterd,
Het gevoel van alleen willen zijn.
Verdrinken en stikken,
Het vreselijke gevoel.
Verslindend scherp,
Yselijk koel.
Nooit meer naar buiten komen,
Altijd jezelf zijn.
Niks wil meer,
En dat doet z’on pijn.