Ik zie nog de pruimen liggen
in de tuin van half zeven
Tussen de peren
ligt het plaatjesboek
De gelaarsde kat
wordt door de wind gelezen
Een hommel zingt een stervend lied
Langzaam trekt de zon zich terug
in haar tent van tederheid
Een afwas klinkt in de verte
Dichtbij geurt een verpieterd avondmaal
Gordijnen beginnen plots te leven
Verzwelgen stiekem het stille kamerlicht
Pino en Tommie gaan zo slapen
Maar ik mag nog even op
want Mammie´s adem rook weer raar
Dan slaapt ze altijd eerder
en Pappie is niet meer
Ik ga zo alleen naar bed
Bang
Nee dat ben ik niet
Hooguit voor mijn dromen