Ik zag twee blauwe ogen op het mooiste van de nacht,
Ik weet nog je stem, en hoe je lacht.
We stonden te praten Uren en Uren,
Het wat maar zo kort, leken minuten te duren.
We spraken en glinsterde, raakte elkaar wel eens aan,
Het was alweer morgen , en waren niet moet van het staan,
De vogels floten alweer en waren weer op,
We moesten weer gaan, de gesprekken weer op stop.
Zonder knuffel kus of gebaar,
Gaven we de hand, en werd het gestaar.
Allebij met de ogen heen en weer,
Zeiden we "tot de volgende keer!"
Met spijt en ongeluk liepen we van elkaar,
Lagen in bed en dachten aan het gestaar.
|ou er enigheid zijn om elkaar weer te kunnen zien?
En om dan een knuffel te kunnen krijgen, zou de andere
ook spijt hebben misschien?
Met dromen al voor zich en hoop op geluk,
Gingen ze na enige tijd toch samen weer een nacht door, kon gewoon niet stuk.
Zo blij als maar waar en maar één ding in het hoofd,
Vroeg de een de ander en was er een antwoord beloofd.
Nu samen als een liefdevol stel,
Zien ze elkaar steeds vaker, met liefde en wel...
iinge Tonnaer
17 jaar