als ik wensen kon,
wenste ik dat jij toveren kon,
dan kon je je eigen wereld maken,
geen verdriet en geen onrecht,
je kon doen wat je wilde,
ook al was dat dan maar voor even,
even dat de mensen kunnen zien wie je bent,
dat de mensen kunnen zien dat je mijn moeder bent,
elke dag moet ik je zien zitten in je rolstoel,
dan denk ik was het maar zoals het was,
dat je lopen en praten kon,
en zeggen kon dat ik je dochter was,
jou zien zitten maakt me gewoon kapot,
omdat ik weet dat we samen gelukkig waren,
jij ik pappa en ines,
een gezin,
waar is mijn moeder heen,
die altijd voor me zorgde als het niet meer ging,
elke dag droom ik weer,
dat je weer word zoals je was,
zonder rolstoel,zonder verdriet,
soms dan doe ik ofdat je op vakantie bent,
dan denk ik,
over een tijd ben je weer terug,
dan ben ik weer ik en jij weer jij,
en dan zijn wij samen een.