Ken je dat
dat gevoel van naar buiten kijken
naar buiten kijken door een raam
dat gevoel alsof je omcirkeld bent
omcirkelt door glas
dat je overal aanwezig bent
maar nergens bij kan
Ken je dat
dat gevoel alsof je met je neus tegen het glas gedrukt staat
vol verlangen in je hart naar al dat moois
als een kind voor een speelgoed winkel
maar de deur niet openkrijgt
Ken je dat
dat gevoel om vrij te breken
naar buiten te hollen, met de wind door je haren en de zon in je gezicht
maar de deur is op slot
Ken je dat
dat gevoel om sterk te wezen
met frisse moed op te staan de dag tegemoet
maar op het moment dat je, je voet neerzet, je onderuit getrapt wordt
Ken je dat
dat gevoel van vechten om te overwinnen
maar je weet niet waar tegen
net alsof je de wind wil vangen
Ken je dat
dat gevoel te zwemmen in open zee
en een eiland te zien die altijd op dezelfde afstand blijft
ken je dat
dat gevoel in een woestijn te lopen en je ziet een oase
die een fata morgana blijk als je hem hebt bereikt
Ken je dat
dat gevoel het nu allemaal wel te weten
weten wat je te wachten staat
dat je denkt te weten hoe je er tegen kunt vechten
maar het overvalt je, het overspoelt je
en je zit er weer midden in
Welk nut heeft het om te vechten als je, net als dat schelpje dat bijna op het strand is, weer terug gezogen wordt.
De natuurwetten zijn zoveel sterker
Het ik niet genoeg geloof, vertrouw ik U zo weinig dan
Ik hou van U met alles wat ik ben, maar ik kan het niet alleen
Ik weet dat U er bent, maar het is net of er een glazen barriere is
Waardoor ik niet bij U kan. Sla hem toch kapot, sla hem alstublieft kapot
Ik ben zo alleen