Ach ik droom zo maar wat
voort niemand die ik er mee
stoort.
Nu is alles achter de rug.
Alleen mijn gedachten slaan
nog wel eens op de vlucht.
Vliegen de jaren door me heen.
En op sommige punten vallen
ze als een steen.
Dan sta je er even bij stil, je
rilt en beeft heel even.
En begin weer verder te zweven.
En zo keer je weer op aarde
terug.
En beseft, dat het bij het leven
hoort.
Je rekt je uit en strekt je rug.
Het heeft me gemaakt zo als ik
nu ben.
Ouder, wijzer, kalm en bedaard.
En zo ga ik rustig met mijn leven
voort.
Er is toch niemand die ik er mee
stoort.