Ik lig op het gras
en mijn armen ver uiteen,
alsof ik naar iets onbereikbaars grijp,
maar ik denk aan een steen.
Zonder enig leven...
Een steen wordt nooit rijp.
Maar ik wel.
In de spiegel lijk ik niet meer een kind,
maar een jonge vrouw.
Dat maakt me slecht gezind,
want ik wil mijn meisjeslichaam weer.
Ookal besef ik : dat gaat niet meer,
Niets wordt weer hetzelfde.
Ik lig op het gras,
en wil hier blijven liggen.
Tot ik weer ben
hoe ik het zou willen...