De dag komt aan zijn einde,
langzaam verdwijnt de zon.
En alles wat licht en vrolijk was,
maakt plaats voor de eeuwige duisternis van de nacht.
Adembenemend en o zo ongemeen groots.
Sterren verschijnen,
de maan straalt in al haar pracht en glorie.
Rust.
Een heldere droom overmant de geest.
En even is alles mooi.
Opgeschrikt,
de ogen wijd opengesperd...
Het hart gevallen, vernederd en overmeesterd door angst...
Maar dan!
De maan...
Iets verstrooid maar nog steeds vol levenslust,
straalt ze door alle bewolking heen.
Wederom rust.
Een besef.
De maan,
net dát straaltje hoop,
zal altijd aanwezig zijn.