Ik kijk je aan,
ik zie je staan.
In hoop dat je me ziet,
maar je ziet me niet.
Je had me helemaal bezeten,
ik zou je niet snel vergeten.
Al zag ik je niet vaak,
is het toch weer raak.
Ik ben weer verliefd,
ik heb voor jou gebiecht.
Tranen staan in mijn ogen,
als ik je terug zou mogen