Ik haat maar hou ook van je,
die rotte herinderingen van jou zitten vast gegroefd in mij ziel,
het zijn de littekens geworden die je niet kan zien,
ik wil je ze wel vergeten en vergeven maar als we weer ruzie hebben komt die pijn, angst en verdriet keer op keer weer terug,
de haat overheerst de houde van,
geslagen en belagenlijk gemaakt door jou,
nee sorry dat kan ik niet meer vergeten, vergeven doe ik het wel want alles kwam door de drank die jouw leven beheerste alleen dat wilde jij nooit in zien en dat is jou vergeven.