Staar naar het verwarmende vuur,
maar mijn hart blijft koud.
Omdat de terugkeer van mij nog lang duurt,
verstopt in een diep woud.
Wil bij jou in je armen liggen,
probeer de pijn te verzachten met alcohol.
Terwijl de tranen over mijn wangen biggelen,
mijn hart stroomt over het is vol.
Vol van liefde voor jou,
omdat ik van je hou.
De rest kan mij gestolen worden,
zolang ik maar bij jou kan zijn.
Geen vliegende borden,
stop de verscheurende pijn.
Jij bent alles waar ik naar verlang,
en dat gevoel blijft branden.
Streel zachtjes over je wang,
mijn hart ligt in jouw handen.
(* geschreven toen ik in de Ardennen was en mijn vriend mis.)