De windhaan
Eenzaam als een windhaan op een kerktoren
kijk ik rond me heen.
Op zoek naar iemand die me ziet staan.
Net als de wind verplaats ik me stilzwijgend
langs mensen en planten,
tussen tafels en stoelen
dwars door het gepraat heen.
Ik breng de dag door, altijd met hetzelfde werk
waarvoor niemand aandacht heeft,
waarvoor ik niemand nodig heb.
Net als de windhaan word ik soms door elkaar geschud
en blijf dan gedesoriƫnteerd achter.
Wachtend op iets dat me terug op koers zet.
Wachtend op iemand die me weer de juiste richting wijst.