Ik kijk naar buiten
en zie dat het stormt
de wind suist door mijn ogen
storm vanbinnen
voel me helemaal verkleumd
koude snijdt door merg en been
langs het raam lopen ijskoude druppels
naar beneden
zoeken hun weg naar de aarde
om opgevangen te worden
warme tranen glijden langs
mijn gloeiende wangen
en vallen met een helder geluid
op de stenen vloer
en blijven daar liggen
de storm blijft maar duren
de lucht is donker en grauw
onheilspellend
mijn ogen zijn bliksmens
en ik vuur ze met mijn
kogelzwarte pupillen van woede af
even gaat de storm liggen
en wordt het weer rustig in mij
maar weer voel ik de pijn
en zink weer weg tot
een orkaan