Zacht fluisteren de bomen
over de zon,wind,het gras.
Ik luister,lig te dromen
als een langspeelplaat met kras.
De sterren vallen door wolken
als starende valken hoog
als zon ,de wind,waar hij eens vloog,
randen messscherp als dolken.
vallen neer op de Aarde
waar ze verliezen alle glans
door diegeen die hen baarde.
Ik leg een blauwe bloemenkrans.
Een nieuwe ster verschenen
glinstert glanzend in mijn hoofd
Zie zijn val voordat hij uitdooft!
en is meteen verdwenen.
Ik heb het ongelooflijk koud
de zon is opgeklommen.
De lucht vervuld met bloed goud
waar eens mijn sterren zwommen.
De bomen fluisteren zacht
over de zon, wind, de dag,
die tragiek in tranen dopen
Blad valt,mijn ogen open.