Nooit, nee nooit begreep jij dat het niet goed was,
het was slecht voor jou, je vrienden en mij.
Langzaam, heel langzaam ging jouw levensdroom
op in een waas.
Een waas van onduidelijkheid:
"Waarom ik wel en zij niet?"zei je, met tranen in je ogen.
Zoute tranen, die je voor de zoveelste maal proefte.
Je kon het niet laten, het was je toevlucht,
maar waarom zocht je die toevlucht niet bij mij?
Ik had je geholpen, beslist!
Want dat laatste beetje poeder, kostte jou je laatste beetje geld, je laatste beetje vrienden, je laatste beetje
geluk en... je leven!