Mijn voeten voelen alsof ze bloeden
Alsof bloedrode rozenblaadreb staren
Tranen omlaag trekken sporen temoede
zich begravend in de isobaren
Die mijn gezicht graven laten hoeden
Hooploos leggen zij zich te bergen
in mijn dromenloos komen beelden
die machtloos draaiend het orgellot heelden
die toch ondanks als bijtend vuur tergen
Zij is naar 't ledig levensstrand gegaan
En ziet de boot des doods die nacht
Ik zie hoe zij aan boord geraakt ontdaan
van levenslast en als laatste glimlacht
In de verre verte kraait kranig een haan.