De lucht kleurt zich avondrood,
Wanneer zon en maan wisselen van post.
Dagelijkse rituelen,
Als een golf die op de kade klotst.
Wij verlangen, om als gillende meeuwen,
Ons zachtjes in de Noordzee te dompelen.
Spelen, schreeuwen, verdrinken,
En de kust opnieuw af te lopen.
En dit alles onder het milde toezicht,
Van een zee die de wind leidt.
Want een zeeman is voor eeuwig,
Die raak je niet meer kwijt.