Ik voel me gevangen.
In een web van verdriet.
Ik wil het wel uiten.
Maar het lukt me niet.
Ik probeer het telkens te verklaren.
Zo’n raar gevoel.
Je zult het niet begrijpen.
Want snap zelf niet eens wat ik bedoel.
Aldoor heb ik tranen.
Ik heb verdriet.
Ik wil ze stoppen.
Maar het lukt me niet.
Ik probeer ze weg te vegen.
Maar ze blijven maar komen.
Ik kan er niks aan doen.
Ze willen niet weg, ze blijven maar stromen.
Ze zeggen dat problemen je sterker maken.
Maar hoe dan ook.
Ik ben bang jou kwijt te raken.
Ook al laat ik het niet merken.
De ziekte kanker heeft jou in zijn macht.
Je kunt er tegen vechten.
Maar op ten duur stopt je kracht.
Dan geef je de strijd op.
Je kunt het overleven.
Je bent nu nog sterk.
Ik zal alles voor je geven.
Zodat jij dit redden gaat…