Ik wacht fier
op mijn troon...
strak voor mij uitstarend.
Glimlachend naar de zoveelste jonge jongen
die mijn hand vraagt
maar die ik afwijs, zonder boe of bah...
Verdrietig vraag ik me hopeloos af, wanneer de perfecte jongen voorbij komt...
Jongen 120 kijkt me smekend aan, en zingt een lied begeleid door zijn gitaar. Hartverscheurend, dat is wel waar. Maar zijn groezelige haar, en scheven standen staan me helaas niet aan. De inhoud van zijn lied laten de haren op mijn armen rechtstaan.
Jongen 121 is echter zeker van zichzelf, hij schenkt mij een gouden ring met onze namen erin. Zijn charmante gedrag en zijn vleierig gedoe, laat ik echter niet toe.
Jongen 122 heeft een brief en leest die met haperende woorden aan mij voor, zijn hartendief. Helaas ook hij moet het berouwen want zijn gezever kan ik niet langer kauwen.
Jongen 123 valt op zijn kniƫn en kijkt me vrolijk aan.
Zijn speelse glimlach trekt mee helemaal aan.
In zijn hand toverd hij voor mij een roos.
En dat is dan de jongen waar ik voor koos.
Zijn schitterende bruine ogen twinkelen van plezier.
Zijn zachte stem streelt mijn gedachten en brengt deze jongen hier...hier in mijn hart...
Deze jong is moedig e heeft pit
Jongen 123 die zit!!!